Sylvia Robinson
Sylvia Vanderpool Robinson, geboren in Harlem, New York, was de dochter van immigranten uit St. Thomas, Maagdeneilanden. In haar vroege jaren was ze bekend als ‘Little Sylvia’ Vanderpool en bracht ze tussen 1951 en 1953 een reeks R&B-singles uit. Hoewel ze in het begin ambitieus was, raakte ze teleurgesteld en overwoog ze een carrière in de verpleegkunde. Hier kwam verandering in toen haar weg zich kruiste met die van twee belangrijke personen.
Sylvia Robinson
Sugar Hill
Sylvia Robinson is een naam die zelfs bij de meest doorgewinterde hiphopliefhebbers vaak onbekend is, een lot dat veel (zwarte) vrouwen treft die een essentiële, zo niet doorslaggevende, rol hebben gespeeld in de geschiedenis van dansmuziek. Ze verdient echter de titel ‘Mother of Hip Hop’, een rol van onschatbare waarde in de evolutie en expansie van hiphop van een strikt lokale New Yorkse scene naar een wereldwijde beweging. Robinson was niet de uitvinder van de stijl – die eer gaat naar de eerste DJ’s, MC’s en dansers in The Bronx – maar zij was wel de eerste die het potentieel zag om deze lokale beweging op vinyl vast te leggen en uit te brengen. Geïnspireerd door wat ze zag in de hiphopscene, wist ze een baanbrekende plaat te bedenken en te produceren met een groep mensen die door haar zoon bijeengebracht waren als ‘The Sugarhill Gang’. Daarnaast had ze de visie om de eerste belangrijke hiphopartiesten als Grandmaster Flash and the Furious Five een platform te geven door hun platen uit te brengen met haar label Sugar Hill Records. Van het produceren van het eerste rapnummer dat een miljoen exemplaren verkocht tot het opzetten van het eerste label voor de nieuwe muziekvorm, haar nalatenschap heeft de weg geëffend voor het wereldwijde succes van hiphop. Kortom, deze vrouw verdient een prominente plek op de hiphopkaart.
Geïnspireerd door wat ze zag in de hiphopscene, wist ze een baanbrekende plaat te bedenken en te produceren met een groep mensen die door haar zoon bijeengebracht waren als ‘The Sugarhill Gang’.
Sylvia, Mickey en Joe
De eerste persoon die een andere draai gaf aan Sylvia’s leven was haar elf jaar oudere gitaarleraar MacHouston ‘Mickey’ Baker. Geïnspireerd door Les Paul & Mary Ford, wilde hij een soortgelijk man-vrouw duo creëren. De tweede belangrijke ontmoeting was met Joe Robinson, een jonge marine-veteraan die een klein fortuin had verdiend in het Harlem-nummerspel. Hij trouwde met Sylvia en moedigde haar aan om met Baker samen te werken.
Baker en Robinson bereikten succes met het nummer ‘Love Is Strange’, dat in 1957 de nummer 1 positie bereikte op de Billboard R&B-hitlijsten. Ondanks het feit dat Robinson een belangrijke rol speelde in het herschrijven van de tekst en het toevoegen van de flirterige dialogen, werd het nummer aanvankelijk toegeschreven aan Bo Diddley’s alias. Deze hit maakte van Sylvia Robinson een ster, maar het was moeilijk om het succes te herhalen.
In de introductie van deze op televisie uitgevoerde versie vertelt Ed Sullivan dat Robinson Mickey had moeten overtuigen om het nummer met haar te maken. Dit is een terugkerend thema in haar carrière, en het toont aan dat ze zowel als artiest als producent met haar vermogen om hits te herkennen, grootse prestaties heeft geleverd.
Na deze fase in haar carrière vestigden de Robinsons zich in Englewood, New Jersey, en kregen drie zonen. Samen richtten ze All Platinum Records op in 1968. Sylvia contracteerde groepen als The Moments, terwijl Joe de bedrijfsvoering op zich nam.
Sylvia Robinson was niet alleen een getalenteerde artiest, maar ook een vaardige producer. Ze produceerde een aantal klassieke soulhits in de jaren ‘70, zoals ‘Shame, Shame, Shame’ voor Shirley & Company, en heeft zelfs Tina Turner gitaar leren spelen. Krediet kreeg ze hier nauwelijks voor, net als voor haar productie van Ike & Tina’s single ‘It’s Gonna Work Out Fine’. Ze had ook een grote hit met ‘Pillow Talk’, een nummer dat oorspronkelijk was bedoeld voor Al Green.
Helaas was Robinsons carrière niet vrij van conflicten en moeilijkheden. Ze ontving niet altijd de erkenning die ze verdiende, en velen voelden zich benadeeld in hun samenwerking met haar. Er waren ook juridische problemen en een faillissement voor All Platinum in de late jaren ‘70.
Robinson op Soul Train met de soulklassieker ‘Pillow Talk’
To the hip, the hop, the hibby-hibby, dibby-dibby, hip-hip-hop
Haar leven nam een nieuwe wending in de zomer van 1979, toen ze de ontluikende hiphopcultuur ontdekte in Harlem World. Ze bezocht deze twee verdiepingen tellende nachtclub in Harlem, New York, waar de bloeiende cultuur van beats en rijm haar aandacht trok, en was zo onder de indruk van Lovebug Starski’s rap over het nummer ‘Good Times’ van Chic dat ze besloot haar persoonlijke en financiële redding te zoeken in deze nieuwe muziekstijl.
Het meest bekende resultaat van deze openbaring was de creatie van ‘Rapper’s Delight’. Robinsons tienerzoon Joey bracht drie van zijn vrienden – Henry ‘Big Bank Hank’ Jackson, Guy ‘Master Gee’ O’Brien en Michael ‘Wonder Mike’ Wright – bijeen om de rap te schrijven en uit te voeren. Met Robinsons instructies aan de studioband om de instrumentale achtergrond van ‘Good Times’ na te spelen, ontstond een 15 minuten durend nummer dat al snel de radiogolven veroverde. Het was een schok voor de pioniers van de rapstijl in New York, die nog nooit van The Sugarhill Gang hadden gehoord.
Sylvia Robinson vernoemde de act naar het sjiekere gedeelte in Harlem waar ze zelf nabij was opgegroeid en doopte haar label om tot dezelfde naam, waarmee ze brak met het verleden en debacle van All Platinum. Ondanks enige controverse over schrijf- en compositiecredits, werd ‘Rapper’s Delight’ een enorm succes.
De rappers gaven deze muziek – waarvan dansen op de break een onlosmakelijk onderdeel was – en de bijbehorende feesten – die voorheen ‘break’ of ‘wildstyle’ muziek werden genoemd – een naam: ‘hip hop’ (dus niet ‘rapmuziek’ zoals velen het later duidden).
(bron foto)
“De reden dat dat de naam van de cultuur werd,” legt Freddy Braithwaite van de Fab uit in Last Night a DJ Saved My Life, “was omdat dat het ene ding was dat bijna iedereen zei op een feest: To the hip, the hop, the hibby-hibby, dibby-dibby, hip-hip-hop, and you don’t stop. En als je iemand probeerde uit te leggen op wat voor feest je was, zei je: Yo, het was een van die hibbedy hop … je weet wel, die hibbedy hop shit. Dus dat werd de enige bepalende term.”
In ‘Rapper’s Delight’ hoor je dit terug in de tekst:
I said a hip hop The hippie the hippie To the hip hip hop and you don’t stop the rock it To the bang bang boogie, say up jumped the boogie To the rhythm of the boogie, the beat gain.
The Message: hiphop als politiek medium
Tegen 1981 hadden de Robinsons de markt voor rapplaten in handen. Sugar Hill Records groeide uit tot een multimiljonair imperium met een wereldwijde reikwijdte.
The Sugar Hill Gang was een door Sylvia bedachte act op basis van wat ze had gehoord in de scene, maar ze herstelde deze balans door de echte artiesten op haar label uit te brengen. Allereerst door zich te richten op de DJ: het was voor het eerst dat een DJ werd uitgebracht met alleen maar sample-based – dus een collage van geluiden – van Blondie ‘Rapture’, Chic’s ‘Good Times’ en Queen’s ‘Another One Bites The Dust’. Deze eerste DJ-mix ‘The Adventures of Grandmaster Flash on the Wheels of Steel’ werd uitgebracht in 1981.
Misschien wel Sylvia Robinson’s grootste wapenfeit was om hiphop als een middel voor politieke teksten te gebruiken met haar productie en release van Grandmaster Flash’ ‘The Message’.
Hiphop ging tot dan voornamelijk over feestjes en werd niet gebruikt om over serieuze problemen te praten die het leven negatief beïnvloedden. De release van ‘The Message’ viel samen met het begin van het verschrikkelijke ‘cracktijdperk’, dat veel slachtoffers maakte onder de Afro-Amerikaanse bevolking en werd deels geïnspireerd door de New Yorkse metrostaking van 1980, die veel chaos en frustratie veroorzaakte onder werkende Afro-Amerikanen.
Hoewel hun eerdere single ‘Scorpio’ het goed deed, voelden Grandmaster Flash en de groep niets voor ‘The Message’ en wilden ze het nummer niet opnemen. Ze stelden voor om het nummer aan The Sugar Hill Gang te geven. Maar ook zij vonden het nummer niet goed, dus het bleef lang liggen. Sylvia Robinson was echter vastbesloten om het nummer uit te brengen; ze wist dat het een hit zou worden, net als ‘Rapper’s Delight’.
Robinson smeekte de Furious Five-rapper Melle Mel om het nummer op te nemen, wat hij uiteindelijk in 1982 deed. Sylvia Robinson mixte het nummer in de Sugar Hill Studios, ging naar een persfabriek in New Jersey en bracht het binnen drie dagen uit. De groep dacht dat het nummer niets zou doen en besteedde er geen aandacht aan.
Tot ieders verbazing was het nummer een enorm succes en bereikte het de achtste plaats in de Britse hitlijsten. ‘The Message’ veranderde de richting van de hiphop in de VS, en artiesten zoals Public Enemy en KRS-One begonnen hiphop te gebruiken als middel voor sociale commentaren. Sylvia Robinson bewees nogmaals haar talent als hitmaker, door niet alleen het eerste officiële hiphopnummer ‘Rapper’s Delight’ in 1979 te maken, maar ook het eerste bewuste rapnummer met ‘The Message’.
Mother of Hip Hop
Sugar Hill bleef een familiebedrijf met Diane, Robinsons nicht Donna, en haar zoon Joey in prominente rollen. Ondanks het succes waren er ook controverses en beschuldigingen van slechte zakelijke praktijken. Vanaf eind jaren ‘80 zouden grote successen uitblijven voor Sugar Hill Records.
Na de dood van haar ex-man Joe in 2000 en een verwoestende brand van de Sugar Hill Studios in 2002, raakte Robinsons carrière definitief in verval en raakte ze verbitterd hierover. Ze overleed op 29 september 2011, maar haar nalatenschap leeft voort in de hiphopgeschiedenis. Ze transformeerde de straatcultuur van hiphop tot een commercieel levensvatbare kunstvorm.
Ze brak door glazen plafonds als een zwarte vrouwelijke producent en ondernemer, waardoor ze een pionier werd in een door mannen gedomineerde industrie. Helaas werd haar vroege productiewerk soms over het hoofd gezien of ontkend.
In 2022 werd ze eindelijk geëerd in de Rock and Roll Hall of Fame.
Auteur: Miles Niemeijer
Miles is een cultureel ondernemer die graag nieuwe contacten legt en zijn netwerk benut om de muziekwereld te verkennen. Hij helpt mensen met plezier de magie van muziek te ontdekken.